Office 365: ICT revolutie voor € 5 euro per maand ?

Met de nodige tamtam heeft Microsoft deze week de lancering van Office 365 aangekondigd. Office 365 is de opvolger van BPOS (Business Productivity Online Suite): de online softwaresuite van Microsoft. Dit betekent dat de software niet meer draait op servers van de eigen organisatie maar in de datacentra van Microsoft over de hele wereld. Algemene voordelen daarvan zijn een onbeperkte schaalbaarheid, lage investeringen en een hoge betrouwbaarheid.

Gestimuleerd door de hete adem van Google werkt 70% van alle Microsoft programmeurs tegenwoordig aan software voor ‘de cloud’ en Office 365 is een duidelijk resultaat hiervan. Office 365 bestaat uit de volgende onderdelen:
• Exchange online (email / kalender / contacten etc.);
• Sharepoint online (team sites / publieke website);
• Lync online (instant messaging / inzicht in beschikbaarheid medewerkers / online vergaderen);
• Ms Office (webversie of normale Office Professional Plus).

Microsoft biedt 3 suites aan te weten:
• Office 365 for Small Business;
• Office 365 for Enterprises;
• Office 365 for Education.
De Small Business versie bestaat uit Office Web Apps, Exchange Online, Sharepoint online en Lync Online. Tevens kan met Sharepoint online een publieke website worden geconfigureerd. De samenstelling van de Enterprise suite is per medewerker samen te stellen.
Los van de exacte functionaliteit kunnen we vaststellen dat Office 365 voor veel organisaties een interessante oplossing kan zijn. Zo zijn de kosten van Office 365 Small Business € 5,25 per maand. Ter vergelijking: de Google apps suite kost € 3,33 per gebruiker per maand en biedt aanmerkelijk minder functionaliteit. En voor dit soort bedragen is het voor veel MKB (plus) organisaties niet meer lonend te investeren in eigen ICT voorzieningen.

Het ziet er dus naar uit dat Microsoft met Office 365 definitief de server software ondergeschikt maakt aan de online applicaties. En dat is niets meer of minder dan een revolutie voor Microsoft en het gros van de gebruikers.